29 november 2015

Statenvragen over aquacultuurprojecten

Aanvullend op de vragen van GroenLinks over het voorgenomen viskweekproject bij Colijnsplaat heeft de fractie van de Partij van de Arbeid de volgende vragen. Het is onduidelijk of en hoe de mogelijke effecten van het voorgenomen project getoetst zijn / worden op de effecten op het N2000-gebied Oosterschelde. Dit betreft niet alleen de door de GroenLinks-fractie genoemde aspecten, maar ook het gebruik van en de lozing op de Oosterschelde van bijvoorbeeld antibiotica. Dit leidt tot de volgende aanvullende vraag:

1. Is of wordt voor het projectplan van de Viskweek Kingfish een natuurtoets uitgevoerd en hoe verhoudt dit project zich naar de mening van Gedeputeerde Staten tot de N2000-status van de Oosterschelde?

Het voorgenomen project voorziet in de realisatie van een zeer omvangrijke loods (uiteindelijk 15.000 m2 en 7 meter hoog) in een nu grotendeels onbebouwd gebied met een agrarische bestemming. In de visie behorende bij de bestemmingsplanwijziging worden vergelijkbare ontwikkelingsmogelijkheden mogelijk geacht in de gehele kustzone tussen Colijnsplaat en Kats. Dit is ruimtelijk een zeer ingrijpende ontwikkeling, die nooit voorzien is in het provinciaal omgevingsplan en / of het gemeentelijk bestemmingsplan. Volgens
de nu geldende regelgeving c.q. gevolgde procedure kan een dergelijke ontwikkeling mogelijk gemaakt worden door een wijzigingsbevoegdheid van het College van B&W van Noord-Beveland. Dit leidt tot de volgende vragen:

2. Kunnen Gedeputeerde Staten aangegeven of en waar in Zeeland buiten reguliere bedrijventerreinen en op bestaande agrarische bouwblokken vergelijkbare projecten gerealiseerd kunnen worden op basis van niet meer dan een wijzigingsbevoegdheid van het College van B&W van de betreffende gemeente?

3. Hoe beoordelen Gedeputeerde Staten deze ontwikkelingsmogelijkheden, vooral ook in het licht van de wenselijkheid om de ruimtelijke kwaliteit van het Zeeuwse platteland te behouden?

4. Welke instrumenten staan Gedeputeerde Staten ter beschikking om deze ontwikkelingen te sturen en zijn Gedeputeerde Staten voornemens deze in voorkomende gevallen in te zetten?